Ontstekingen en onderdrukking van het immuunsysteem veroorzaken borstkanker bij oudere vrouwen
Leeftijdsgebonden en postmenopauzale progressie van borstkanker blijft een belangrijke uitdaging, waarbij steeds meer bewijsmateriaal wijst op de rol van pro-inflammatoire cytokines en CXC-chemokines in de ontwikkeling van tumor- en immuunsystemen. Naarmate de wereldbevolking ouder wordt, wordt het steeds belangrijker om de ingewikkelde verbanden tussen veroudering, ontstekingen en de progressie van kanker te begrijpen. Het verouderingsproces gaat gepaard met veranderingen in de micro-omgeving van de tumor, waaronder de verstijving van de extracellulaire matrix en de accumulatie van inflammatoire immuunmediatoren, zoals interleukinen (IL-6, IL-8), tumornecrosefactor (TNF), transformerende groeifactor (TGF) en CXC-chemokinen (CXCL1, CXCL9, CXCL10, CXCL11, CXCL12). Deze factoren dragen bij aan de tumorgroei, metastase...
Ontstekingen en onderdrukking van het immuunsysteem veroorzaken borstkanker bij oudere vrouwen
Leeftijdsgebonden en postmenopauzale progressie van borstkanker blijft een belangrijke uitdaging, waarbij steeds meer bewijsmateriaal wijst op de rol van pro-inflammatoire cytokines en CXC-chemokines in de ontwikkeling van tumor- en immuunsystemen. Naarmate de wereldbevolking ouder wordt, wordt het steeds belangrijker om de ingewikkelde verbanden tussen veroudering, ontstekingen en de progressie van kanker te begrijpen.
Het verouderingsproces gaat gepaard met veranderingen in de micro-omgeving van de tumor, waaronder de verstijving van de extracellulaire matrix en de accumulatie van inflammatoire immuunmediatoren, zoals interleukinen (IL-6, IL-8), tumornecrosefactor (TNF), transformerende groeifactor (TGF) en CXC-chemokinen (CXCL1, CXCL9, CXCL10, CXCL11, CXCL12). Deze factoren dragen bij aan tumorgroei, metastase en immuunsignalering, vooral bij postmenopauzale vrouwen.
Door obesitas veroorzaakte chronische ontstekingen vergroten de risico’s nog verder, omdat overtollig vetweefsel leidt tot overproductie van cytokines en adipokines. Deze ontstekingsomgeving versterkt de agressiviteit van de tumor, beïnvloedt de infiltratie van immuuncellen en verandert de hormoonsignalering, waardoor de gevoeligheid voor borstkanker bij postmenopauzale vrouwen toeneemt. Studies hebben aangetoond dat verhoogde niveaus van CXCL8/IL-8 en CXCL12/CXCR4 correleren met tumorprogressie, waardoor dit belangrijke doelwitten zijn voor potentiële therapeutische interventies.
Een cruciaal aspect van progressieve borstkanker is ontregeling van het immuunsysteem, met name de afname van tumor-infiltrerende lymfocyten (TIL's) en een verminderde respons op immuuncheckpoint-remmers. Het senescentie-geassocieerde secretoire fenotype (SASP), gekenmerkt door de afgifte van inflammatoire cytokines, speelt een centrale rol in dit proces en draagt bij aan zowel tumorgroei als immuunsuppressie. De pro-tumoreffecten van IL-6, IL-1β en CXCL's benadrukken het belang van cytokine-aangedreven ontstekingen als therapeutische strategie.
Vooruitgang in theranostische interventies gericht op cytokine- en chemokinemodulatie houdt belofte in voor een verbeterde behandeling van borstkanker bij oudere vrouwen. Door de wisselwerking tussen veroudering, zwaarlijvigheid, ontstekingen en immuunfunctie aan te pakken, willen onderzoekers gepersonaliseerde therapieën ontwikkelen die de progressie van tumoren verminderen en tegelijkertijd de immuunbewaking behouden.
Met de toenemende incidentie van postmenopauzale borstkanker is de behoefte aan innovatieve benaderingen die zich richten op ontstekingsroutes nog nooit zo urgent geweest. Door de complexe moleculaire mechanismen te ontcijferen die ten grondslag liggen aan de progressie van kanker, maakt de wetenschappelijke gemeenschap de weg vrij voor effectievere en op maat gemaakte behandelstrategieën die de patiëntresultaten aanzienlijk kunnen verbeteren.
Bronnen:
Ullah, A.,et al. (2025). Leeftijdsgebonden en postmenopauzale progressie van borstkanker en behandelingsmanagement: het belang van pro-inflammatoire cytokines en CXC-chemokinen. Genen en ziekten. doi.org/10.1016/j.gendis.2025.101606.